Categoriearchief: Weblog

Kebyar Duduk – speelse en acrobatische mannendans

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

Deze “zittende dans” behoort inmiddels tot het vaste repertoire van Balinese dansen voor jongens. Dansers zien deze dans als een van hun grootste uitdagingen, omdat ze een groot gedeelte van de dans in een gehurkte positie uit dienen te voeren. De danser en choreograaf I Ketut Maria (beter bekend als I Mario) bracht rond de jaren ’20 van de vorige eeuw een bezoek aan het dorp Buleleleng in Noord-Bali omdat hij had gehoord over de nieuwe muziek- en dansstijl “kebyar” die zich daar had ontwikkeld.

Kebyar Duduk Nyoman Sumardika DwiBhumi Balinese dans
KEBYAR DUDUK

Gegrepen door de energie van het orkest liet hij zich meeslepen en danste, al zittend achter de trompong, een van de instrumenten van het gamelan-ensemble.

Enkele jaren later gebruikte hij dit idee om zijn beroemde creatie Kebyar Duduk te maken. Een van de belangrijkste hedendaagse uitdragers van deze dans is Ida Bagus Oka Wirjana uit Belangsinga die bekend staat om zijn indrukwekkende seledet – oogbewegingen – die hij niet alleen van links naar rechts kan uitvoeren, maar tevens in razendsnel tempo van boven naar benenen.

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

Panji Semirang – zoektocht van een prinses

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

Met name in de jaren ’40 tot en met ’60 waren de tari bebancihan, de zogenaamde cross dress dansen, uitzonderlijk populair. Sommigen hebben de tand des tijds overleefd. De Panji Semirang wordt gedanst door een danseres die een mannenrol uitbeeld.

Kenmerkend is de lange kain – heupdoek – die aan de zijkant wordt gedragen en waarmee eveneens bewegingen worden verfraait. Soms wordt er gebruik gemaakt van een waaier (kipas of kepet).

In deze solodans gaat prinses Candra Kirana, verkleed als man op zoek naar haar geliefde, prins Panji. Prins Panji wordt door een andere prinses, die zich voordoet als zijn geliefde, bedrogen. Na allerlei omzwervingen komt de prins erachter dat hij in de maling genomen is. Tijdens een gevecht vindt Panji zijn ware liefde terug. Maar niet voordat zij hem, in opdracht van de goden verkleed als man, met haar haarspeld heeft verwond.

Deze dans heeft als basis een scene uit de Malat, een van oorsprong Javaanse verhalencyclus over de “dolende ridder” Panji, die voortdurend op zoek is naar zijn geliefde.

Foto’s: Ada de Haan

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

Legong Keraton – Balinese hofdans van liefde en strijd

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

>> terug naar foto/videoarchief

De hoven, puri, tot ca. de jaren ’30 van de 20ste eeuw de machtcentra op Bali, fungeerden oorspronkelijk, en in veel gevallen tot op de dag van vandaag, als beschermers van de kunsten. In de meeste hofdansen wordt dan ook het wel en wee van de adel vertolkt.

Hieronder danst DwiBhumi tijdens de Tong Tong Fair in 2011 de Balinese hofdans Legong Keraton Lasem.

De meest bekende Balinese hofdansen behoren tot het genre Legong Kraton (of Keraton). Ze werden tot halverwege de 20ste eeuw voornamelijk uitgevoerd door jonge meisjes ter vermaak van de koning in zijn paleis. De Legong-dansen uit de banjar (wijk) Kedaton in Bali’s hoofdstad Denpasar werden in de jaren ’20 van de vorige eeuw wereldberoemd, vandaar waarschijnlijk de toevoeging Keraton (of kraton). Een andere theorie is dat er Balinese dansgroepen werden uitgenodigd om aan de hoven van Midden-Java, eveneens Kraton genoemd, te komen dansen, wat hen meer prestige gaf. Overigens kan het woord legong voor veel verwarring zorgen, omdat het op Bali ook vaak naar Balinese dans in het algemeen verwijst.

Sinds de oprichting van de Republik Indonesia worden Legong-dansen vooral tijdens tempelceremonies en voor toeristen opgevoerd. Vooral de ingetogen sierlijkheid en de virtuoze techniek van Legong-danseressen brengt Bali wereldfaam als ‘eiland van de duizend dansen’.

In Legong wordt gedanst met waaiers, die de schoonheid van de bewegingen accentueren. Abstracte scènes worden afgewisseld met verhalende delen. Het meest vertolkte verhaal is dat van de koning van Lasem, die de reeds aan prins Panji uitgehuwelijkte prinses Langkesari ontvoert en gevangen houdt in zijn paleis. Op een dag vliegt er een zwarte raaf boven het paleis die vervolgens een gevecht aangaat met de koning van Lasem. De vogel voorspelt hem dat hij, wanneer hij ooit de verloofde van de prinses zal tegenkomen, hij dit met de dood zal moeten bekopen.

LegongKeraton-Garuda-DwiBhumi-Balinese dans-Roxanne Spijkers
Roxanne Spijkers als de kwaad voorspellende raaf in de Balinese hofdans Legong Keraton Lasem – Muiderpoorttheater Amsterdam – foto: Marcel van Beek

De meeste Legong-dansen worden met twee danseressen uitgevoerd, zoals Legong Jobog, Legong Kuntir, Legong Kupu-kupu tarum en Legong Semaradhana. Legong Lasem behoort officieel door drie danseressen gedanst te worden. Recent zijn er een aantal nieuwe Legong-choreografieen gemaakt waarin meer danseressen voorkomen, waaronder Legong Supraba Duta (chor: Ni Ketut Arini Alit) en Legong Untung Surapati (chor: Guruh Sukarnoputra, zoon van Indonesie’s eerste president, Soekarno/Sukarno).

> terug naar dansrepertoire DwiBhumi

>> terug naar foto/videoarchief

Nepsnorretjes tijdens het Art Festival Denpasar Bali (Pesta Kesenian Bali)

Nog een, haast beschimmelde, foto uit de oude doos. Tijdens het Pesta Kesenian Bali (PKB) in 1994, het jaarlijkse Art Festival in het schitterende complex van Taman Budaya Bali, Denpasar, waar ik destijds vlakbij woonde, mocht ik, samen met een danser van het ensemble Printing Mas, de Balinese dans van de flirtende bijen Oleg Tambulilingan uitvoeren. Andere danseressen fluisterden mij tijdens het repetitieproces in de bale banjar (open wijkgebouw) steeds benijdenswaardig toe dat ik de verleidingstechnieken van deze Balinese Casanova zeker niet zou kunnen weerstaan.

Maar na een solo van tien minuten, waarbij je in een continue diepe kniebuiging moet staan en je met je bovenlijf bijna horizontaal zijwaarts gebogen moet blijven, staat je hoofd uiteraard nergens anders meer naar dan hoe de resterende vier minuten van de dans te overleven. En dan maar blijven glimlachen naar je mannelijke danspartner die dan pas, en nog geheel onbezweet, ten tonele verschijnt!

DwiBhumi Balinese dans Oleg Tambulilingan Art Centre PKB Denpasar
Oleg Tambulilingan tijdens het jaarlijkse Art Festival (PKB) in Taman Budaya Denpasar 1994 (dans: Aafke de Jong en danser van Printing Mas) – foto: Hedi Hinzler

Maar eerlijk is eerlijk, in zo’n prachtige setting dans je niet vaak, en al zeker niet in Nederland. En ook niet voor zo’n kritisch publiek van louter kunstminnende Balinezen! Een echte vuurdoop dus. Bovendien door een live gamelan-orkest begeleid, wat veel opzwepender is dan muziek van cd waar we het hier in Nederland vaak mee moeten doen.

Ik werd aangekleed door twee Balinese vrouwen die mij blijkbaar nog niet lang genoeg vonden en dus mijn gelungan (hoofdtooi) met gouden bloemen extra hoog maakten…. en dus ook extra zwaar! In die tijd had ik pas een jaar les gehad en was dit dus een ware beproeving. Maar zeker ook een hele eer om uitgenodigd te worden.

 

Dank en hulde aan mijn docente Ibu Jero Made Puspawati die zich met recht een Seniman Tua of Seniman Werdha, titel voor senior Balinees danskunstenaar, mag noemen!

Wil je eens kijken hoe een Balinese Oleg Tambulilingan-dans eruit ziet? Kijk dan bijvoorbeeld eens op onze video-pagina,

Balinese vechthanen: het corso in Vollenhove

DwiBhumi-Bloemencorso-Aafke de Jong Mirah Rahayu Supriyono-Vollenhove 2007
Aafke en Ayu op de wagen voor twee reusachtige Balinese vechthanen tijdens het bloemencorso te Vollenhove 2007

Zag vandaag in mijn archief deze foto van vijf jaar geleden voorbij komen. Vollenhove houdt traditiegetrouw jaarlijks op de laatste zaterdag in augustus een groots bloemencorso. In 2007 was het thema “Reisgenoten” en de bouwgroep ’t Jakan koos ervoor zichzelf dit jaar eens extra uit te dagen. Geinspireerd door de cultuur van Bali kwam men op het idee een spectaculair Balinees hanengevecht in bloemen te vatten. Is er iets tegengestelder dan dat? Nee, het lijkt er op dat de bedenker van dit idee de cultuur van Bali juist goed heeft doorgrond; het ene kun je niet los zien van het andere. Er bestaat immers geen dag zonder nacht, geen zwart zonder wit, geen hoog zonder laag.

De regels voor de Bhuta Yadnya, ceremonies voor de bhuta’s en de kala’s – geesten die aan het negatieve spectrum van het compas staan – schrijven voor dat er vers bloed van dieren moet worden vergoten om hen tevreden te stellen en om zo weer balans in het leven te brengen of de bestaande balans in stand te houden. Vandaar dat de zogenaamde tajen, hanengevechten, oogluikend door de politie worden toegestaan. Helaas gaan hieraan, behalve de verliezende hanen die regelrecht in de wok belanden, ook vele families ten onder. Er wordt door toeschouwers namelijk flink op los gegokt.

Offers waarin gekookt voedsel zit verwerkt zijn daarentegen bestemd voor de goden, die aan de andere kant van het spectrum staan. Net als in de Balinese dans zelf dus, waarin de meeste bewegingen aan 2 kanten, rechts en links, worden uitgevoerd. Ook de basishouding van de dans, agem genoemd, is eigenlijk een gevecht om in balans te blijven, met het lichaamsgewicht steeds steunend op slechts 1 been tegelijk, terwijl het andere alleen de grond raakt, voor het evenwicht.

Dat de uitvoering van de bloemenwagen alom werd gewaardeerd blijkt uit het feit dat we die dag de derde prijs behaalden. Nou ja, alle roem gaat uiteraard naar de werkers van ’t Jakan, want wij als danseressen stonden weliswaar de hele dag met ons mouwloze kostuum in de wind, maar hoefden niet veel meer te doen dan met onze waaiers naar de omstanders te wuiven.

 

 

Themadag Balinese cultuur op Bronbeek

Bronbeek Balinese cultuur 4november 2012 DwiBhumi Balinese dans Legong Keraton Lasem
Opening dag “Balinese cultuur” in de Kumpulan-zaal te Bronbeek, 4 november 2012 – foto: Jan Mossink

Een bijzondere dag voor Bali-liefhebbers:

Bronbeek organiseerde in samenwerking met de Stichting Indisch Erfgoed op 4 november 2012 een themadag over Balinese cultuur met lezingen door Henk Schulte Nordholt en Hedi Hinzler, een interview met Marion Bloem door Bert Paasman en een Balinese hofdans van DwiBhumi.

Velen kennen Bali louter als toeristisch oord, waar je de heerlijkste cocktails kunt drinken terwijl je je vergaapt aan de balanceertrucs van de gespierde en gebruinde torso’s van roemruchte Balinese Beach Boys. Maar Bali is natuurlijk meer!

Zo belichtte Henk Schulte Nordholt in zijn lezing, gebaseerd op zijn boek “Bali, an open fortress, 1995-2005” (Kitlv Press, 2007), de vele uitdagingen waar het eiland op het gebied van met name natuur en religie voor staat. Hedi Hinzler bracht heden en verleden samen door in te gaan op het oude Balinese opera-genre Gambuh, dat momenteel nieuw leven ingeblazen wordt. In Gambuh worden door een grote groep acteurs/dansers/zangers de verhalen over prins Panji uit de Javaanse Malat-cyclus vertolkt. Panji is een dolende ridder, altijd en eeuwig op zoek naar de liefde. De Balinesen hebben deze verhalen uiteraard in een Balinees jasje gestoken.

Hier konden wij met onze gedanste hofdansscene uit de Malat, over de koning van Lasem die prinses Langkesari wil schaken, mooi bij aansluiten (video Legong Keraton Lasem). Fijn om van de gelegenheid gebruik te mogen maken onze dans van te voren in te leiden en wat bewegingen toe te lichten. Menigeen liet weten dit erg op prijs te stellen omdat men zo het gedanste verhaal beter kon volgen.

Tijdens de pauze, die in het teken stond van het heerlijke Indische buffet verzorgd door de Kumpulan op Bronbeek, liet Hedi Hinzler enkele oude films over Bali zien, waaronder “Legong, dance of the Virgins”. Hierin komen op bijzondere en voor de huidige tijd tevens hilarische wijze, westerse romantiek en Balinese cultuur, gamelan en o.a. pianomuziek, samen.

Na de break, waarin het publiek tevens het Museum Bronbeek kon bezoeken, interviewde literatuurwetenschapper (koloniale en postkoloniale literatuur) Bert Paasman schrijfster Marion Bloem over haar ervaringen op Bali en haar meest recente boek “Een meisje van honderd”.

Balinese cultuur Bronbeek 4 november 2012 - DwiBhumi - Marion Bloem - Legong Keraton Lasem
Deelnemers, onder wie de danseressen van DwiBhumi (hier Aafke de Jong) en schrijfster Marion Bloem, ontvangen een boek over Bronbeek uit handen van kolonel Bolderman – foto: Jan Mossink

Jammer dat wij als dansers na afloop altijd weer naar de kleedruimte moeten terugkeren. De kans is dan groot dat vrienden en bekenden alweer huiswaarts zijn gegaan! Maar tijdens dit soort dagen weten we in ieder geval weer waarom we zo van Bali houden…

Souplesse van de geest: dansen in Het Dorp

Optreden en lezing Bali voor bewoners van Het Dorp Vorig jaar, toen ik tijdelijk een bijbaan had als verzorgende in Het Dorp in Arnhem, beloofde ik de 17 bewoners van de Roedelweg dat ik ze een keer zou komen verrassen met een optreden Balinese dans. Indische collega Larissa zou wel voor een Indonesische maaltijd zorgen. Afgelopen vrijdag, 23 juni, kwam het er dan eindelijk van. Met wat parasollen en Balinese doeken toverden we de gezamenlijke eetruimte om in een klein Balinees paradijsje. Het weer zat niet mee, maar, wat zeur ik, we zaten binnen. En sowieso zeur je een heel stuk minder als je denkt aan al die mensen die hun leven lang gekluisterd zitten aan hun rolstoel. In eerste instantie leek het mij dan ook nogal paradoxaal om voor mensen met een lichamelijke beperking een dansoptreden te komen verzorgen. Dat vond men in Het Dorp echter helemaal niet! Of ik ooit gehoord had van rolstoeldansen?
Dat laat maar weer eens laat zien dat dans een universele uiting van de mens is en niet is voorbehouden aan een select groepje soepel gebouwde freaks. De bewoners van Het Dorp zijn naar mijn mening juist extreem soepel van geest. Zo soepel zelfs dat ze zich niet laten weerhouden door een protesterend lijf.

Van witte zakdoeken en “indolente” dansers: Pelita Familiedag 2012

Tijdens het wachten op het pendelbusje van Stichting Pelita bij station Voorburg kwamen we de Molukse zanger Oom Anis Pattiasina (86!) tegen. De man met van boven die warme, ietwat ondeugende blik, van onder de voeten steevast in stoere, witte artiestenlaarzen gestoken. Dat is nou het leuke aan dit soort Indische/Molukse gelegenheden. Je komt elkaar overal tegen. Later bleek bovendien dat Oom Anis ook niet onverdienstelijk kan dansen en tegelijkertijd op magisch-Molukse wijze vrouwen kan verleiden door middel van een witte zakdoek.

Overigens worden schoolcomplexen (ik bedoel de gebouwen) tegenwoordig steeds luxueuzer. De Familiedag van Stichting Pelita werd afgelopen zaterdag, 16 mei 2012, georganiseerd in de aula van het Wellant College in Den Haag, compleet met vijver waarin grote Koi-karpers zondzwommen. Diverse stands van o.a. het WWF (WNF) en aquarel-specialiste Hetty Ansing, stonden rondom de vijver als een kleine Pasar tussen de palmbomen opgesteld. Laatstgenoemden zie je steeds vaker opduiken in koelere streken zoals de onze. Hoe ze het hier uithouden weet ik niet.

Tussen optredens van o.a. de Nightbreakers, Ais Lawa-lata en Derde Generatie Indo stand-up comedian Ricky Risolles door (de term “indolent” uit de titel van deze blog verwijst naar een van zijn liedjes), dansten wij de Balinese dans van de Paradijsvogels (inderdaad: Cendrawasih), waarna we een workshop gaven voor en met het publiek. Valt overigens op dat er steeds vaker (oudere, Molukse, Indo, blanke) mannen zijn die zich willen wagen aan een Balinese (krijgs)dans. Hulde! Komt dat door tv-programma’s als ‘So you think you can dance’ en ‘The Ultimate Dance Battle’? Of heeft de oudere generatie gewoon minder gene?
Een van de deelnemers kreeg tot slot van beide danseressen een beker tjendol-drank als beloning, nadat hij (!) als enige uit het bijna 200-koppige publiek, de naam van de dans had geraden (inderdaad: Cendrawasih…).

Hier een leuke filmimpressie van de middag, gemaakt door Indisch4ever:

P.S. DwiBhumi zie je dansen op 4:20, 7:52 en 13:44.

Tong Tong Fair 2012 optredens DwiBhumi

Op 17 mei beet DwiBhumi het spits af tijdens de opening van de jaarlijkse Tong Tong Fair (vroeger Pasar Malam Besar) op het Malieveld in Den Haag. Dit jaar was danseres Roxanne Spijkers voor het eerst sinds een aantal jaar weer van de partij en zal in de nabije toekomst hopelijk weer vaak te zien zijn. Samen met Aafke de Jong danste ze de Balinese bijendans Oleg Tambulilingan, die in de jaren ’50 gemaakt werd door I Ketut Maria in opdracht van impressario John Coast voor een tournee door de VS en Europa. De dans werd voor het eerst uitgevoerd door Ni Gusti Ayu Raka Rasmi (vrouwelijke rol) en I Sampih (mannelijke rol) uit Peliatan.

Ook danseres Deby Subiyanti verraste met de Javaanse dans Sri Golek Rejeki uit Solo. Deze dans gaat over een jonge vrouw die zich voor de spiegel mooi maakt om uit te gaan. Ayu Supriyono danste de een deel uit de Balinese hofdans Legong Keraton (het deel van de condong, de hofdienares). Haar jonge leerlingen ontroerden het publiek met de Balinese welkomstdans Panyembrama.

Op dinsdag 22 mei kwam DwiBhumi opnieuw ten tonele met de Oleg Tambulilingan (Aafke de Jong en Roxanne Spijkers). Zij voerden het Indonesische dansprogramma samen uit met de danseressen van Ina Dance, die een verrassende medley van West-Javaanse dansen lieten zien.

Oleg Tambulilingan door DwiBhumi Tong Tong Fair 2012
Roxanne en Aafke dansen Oleg Tambulilingan tijdens de Tong Tong Fair 2012. Foto: Marcel van Beek